1 Oktober
2012 , HAARLEM !
HET
STUITERBAL
Kanen met Kaandorp in eigen dorp.
Soms kom je er wel eens eentje in het wild tegen, een collega
cabaretier of hoe je het métier ook wilt omschrijven. Bij toeval bij een
benzinepomp, de Aldi in de Tempelierstraat ( B.Kaandorp meets J.Visser)
Dekamarkt (Mylou F. meets Jessica v. N.) een intiem huiskamer festival op Texel, Broadway, ook een ‘meeting point’ van gelijkgestemden of in
de ondergrondse gewelven van een schouwburg als wij dan bijvoorbeeld in de
kleine zaal staan en hij of zij dan in de grote. Zo gaat dat en dan is er
weinig uit te wisselen omdat je dan toch bezig bent met je ‘eigen ding’. Je
moet soundchecken je broek strijken of eten of je hebt ongelijk pauze en na
afloop ben je ook nog lang niet klaar met pakken en cd’s verkopen. Totaal
verschillende dingen ook waar je niets mee hebt. Hele orkestbakken vol lol met
rookmachines, dansers en band. Lawaaierige musicals. Wij zijn maar ‘kleinkunst’ in
de kleine zaal en dat is een ander verhaal. Wij hebben ook bijna niks nodig,
twee zangmicrofoons en een voor de gitaar en iets om op te zitten, that’s it.
Geen jaloersmakende serie in Carré, grote zalen in binnen en
buitenland van ‘tout Paris est ici’ maar sleuren om een optreden te boeken tegen
de gevestigde DWDD orde in, in een klein alternatief theater in een plaats die
niemand kent. Aalsmeer bijvoorbeeld maar dan niet van van den Ende. Tegen de
regulerende media opboksen en zonder een alles regelende agent. Louter op eigen
talent en niet bekend van televisie de kleine gaatjes mogen vullen in overvolle
agenda’s, een gebed zonder end, als Don Quichote vechten tegen de bierkaai, onvermoeibaar
strijden en pissen tegen de wind in en dan toch nog een fijn eigen publiek in
gevulde zaaltjes vinden en de waardering voor het werk. Underground,
buitenbeentjes, altijd gebleven. Joop doet dit al meer dan 50 jaar zo, en nu al 10 jaar samen met
mij. Wat een leven! “Ik ben mislukt”, zegt ie dan.
"Had je maar een vak moeten leren."
Want laten we wel wezen, welke gek leeft er zo naast dat ie de hele week bezig is met schrijven, voorbereiden, repeteren, kokers vullen met posters en flyers, facturen schrijven , fucking BTW invullen, grappen bedenken, reizen van hot naar her tussen de files door, eten in een kleedkamer uit een magnetron, uren doorkomen voor een voorstelling, cryptogrammen oplossen en een rondje om de kerk maken, een kaarsje branden voor een bekende die dat even nodig heeft of gewoon als bijgeloof op de goede afloop, zenuwen krijgen voor een nieuw lied dat nog niet helemaal zit, zenuwen krijgen voor een bepaald persoon in de zaal, zenuwen krijgen voor een journalist, diarree krijgen van het eten en daar van in de zenuwen zitten, zit mijn haar goed en wat moet ik aan in deze tent ? En dan heb ik het nog niet over het thuisfront dat maar mee moet gaan in de waan van het artiesten leven van een moeie moeder.
"Had je maar een vak moeten leren."
Want laten we wel wezen, welke gek leeft er zo naast dat ie de hele week bezig is met schrijven, voorbereiden, repeteren, kokers vullen met posters en flyers, facturen schrijven , fucking BTW invullen, grappen bedenken, reizen van hot naar her tussen de files door, eten in een kleedkamer uit een magnetron, uren doorkomen voor een voorstelling, cryptogrammen oplossen en een rondje om de kerk maken, een kaarsje branden voor een bekende die dat even nodig heeft of gewoon als bijgeloof op de goede afloop, zenuwen krijgen voor een nieuw lied dat nog niet helemaal zit, zenuwen krijgen voor een bepaald persoon in de zaal, zenuwen krijgen voor een journalist, diarree krijgen van het eten en daar van in de zenuwen zitten, zit mijn haar goed en wat moet ik aan in deze tent ? En dan heb ik het nog niet over het thuisfront dat maar mee moet gaan in de waan van het artiesten leven van een moeie moeder.
“Wat doe jij dan voor je werk?"
En als je er dan eentje tegenkomt in het wild is dat een
fijn gevoel van: jij weet wat ik doormaak. Jij kent de klappen van de zweep.
Jij weet waar je wel en niet moet zijn. Jij bent net als ik, een beetje, ja
toch?
Dat gevoel van saamhorigheid, van alle gekken op een stokje,
van alle stuiterballen verzamelen, van hoezo boekenbal en wij dan? Dat heeft
Brigitte Kaandorp heel goed aangevoeld en doen besluiten om haar 50e
verjaardag te delen met velen zoals zij in een omgeving zoals zij en wij graag
vertoeven: de Haarlemse Schouwburg. Wat een magistraal plan: Het Stuiterbal is
geboren en beleeft vanavond haar première in Haarlem, een thuiswedstrijd.
Goed daar zijn we dan, lekker op de fiets naar het
Wilsonsplein. Wij stuiteren fijn naar binnen en treffen de bekende gezichten
van Ton de cipier tierelierelier en sympathiek directeur Jaap Lampe. Je voelt
je meteen thuis en welkom wat je niet van alle theaters kan zeggen. Wij zijn
mooi op tijd.
Brigitte komt in een snel koket rood jurkje haar Jan voorstellen
die geen manager is. We overhandigen haar ons bescheiden cadeau: een
lichtgevende stuiterbal. Daar kun je wat mee.
Op naar de spiegelfoyer. In de lift stuiten wij op Katinka
Polderman en haar man , een Zeeuwse en in recensies wel beschreven als het
regelrechte uitvloeisel en mix van Brigitte Kaandorp en Joop Visser, qua stijl
dan en ik geloof het.
Voel me meteen zeer verwant.
We worden gefotografeerd door Jaap Reedijk, een dijk van een
fotograaf die bekend is als artistiek artiesten schieter.
In de foyer wordt er voorzichtig afgetast, gekeken,
gespioneerd en geflaneerd. Joop loopt op Jenny Arean af ”Ha Jen!” En die ken
ik ook van de Rijswijkse Schouwburg toen zei daar optrad met de liedjes van
Robert Long en wij in de kleine zaal stonden. Wat een goed wijf, ziet er ook
fantastisch uit met haar sprankelende kop. Ze is druk in de weer met haar
mobiel want er heeft iemand een kind gekregen. Hoofdzaken bijzaken he.
Mylou Frencken ken ik van de Dekamarkt. Verder van facebook
en Haarlemse kringen met zingen en illustrator Eric Coolen en co. Zij heeft
afgelopen week een interview gedaan met Arnon Grunberg en dat lijkt mij geen
makkie. Dat was het ook niet omdat hij wel prachtig en erudiet kan vertellen
maar niet communiceren. Monologisch. Mylou is hier met haar
dochter Madelief en zij doet haar naam eer aan. Bert Klunder is er in gedachten
bij.
Joop omhelst Paul Haenen en partner Dammie. Wat een
kostelijke kostgangers. Ik hou van de stijl van Dominee Gremdaat omdat hij een
mening heeft maar toch nooit kwetst. Het is vriendelijk en positief maar ook
mooi vilein. Wij lachen hartelijk om de ter plekke gemaakte grappen. Joop vindt
dat het een onvergetelijke avond moet worden en dat het mooi zou zijn als het
eindigt met een stevige matpartij. Dat is een kwestie van stoken en porren en
dat moet geen punt zijn. Een vals opmerkinkje plaatsen (Goh was jij vorige keer
niet met die en die of : hoeveel sterren had jij in de Volkskrant?) moet genoeg
zijn om de boel hier flink te laten escaleren. Genoeg ego’s om de schouwburg op
te blazen. Paul zou het wel mooi vinden als er vanavond een bom ontploft om
voor eens en altijd af te rekenen met het Nederlandse cabaret.
Zelfspot is toch iets moois.
Hans Dorrestijn is helemaal zichzelf in een casual gestreept
jasje en zijn aandoenlijke verschijning doet altijd goed. Die man heeft iets
knuffelbaars. Hans Liberg heeft ook een gestreept pak an en dat is dan weer
meer in zijn eigen klassieke sfeer. Iets met satijn. Hij is gelijk jarig met
Joop en dat schept een band. Joost Prinsen schuifelt gebogen doch energiek binnen
met zijn aardige vrouw die erg enthousiast en open is. Ze is slecht ter been en Joost
zorgt lief voor haar. Hij zorgt voor een stoel en een paar kaasstengels. Jenny
gaat fijn bij haar zitten kleppen en dat heeft iets gezelligs. Ze houden
audiëntie. God wat leuk om al die mensen in het wild te treffen en wat zijn ze
tam. Op een grote hoop gedreven lossen de ego’s vanzelf op. Een geweldige zet
van Brigitte die in deze tijd van boer zoekt vrouw gedacht moet hebben: soort
zoekt soort. Helemaal gescoord.
Want wat is nu het mooie van dit samen zijn? Je bent wat
minder eenzaam met je eigen gek-grappig-hysterisch autistisch adhd neurotisch
fobisch leuk zijn en gedoe er om heen waar niemand ook maar een hout van snapt.
Stuiterballen met zijn allen.
Bovendien gaat deze avond gaat dus ook om netwerken.
Dat is net werken maar dan effectiever.
Je moet toch vooruit kijken he.
Over stuiterballen gesproken: daar stuiten wij op Bert
Visscher. De hartelijkheid en het respect voor Joop Visser spat er van af.
Ze zijn ook wel inwisselbaar. Laatst stond zelfs in de krant dat een klant een
kaartje had gekocht voor Joop en dacht dat het Bert was. Toen hij eenmaal in de
zaal zat viel het hem mee. ”Hij was zo rustig.”
Jochem Meijer is ook een in de categorie: lieverd, knuffelbaar en stuiterbal. Hij zei dat ie onze youtube filmpjes prachtig vond en dat is toch leuk om te horen. Ik heb hem gefeliciteerd met zijn gezondheid.
Verder op in de ronde komen we in Utregse sferen terecht.
Daar ontmoet ik toch zomaar even mijn held Herman van Veen. Vanaf mijn 13e jaar ben ik naar zijn
voorstellingen geweest, kennis gemaakt met het Nederlandse lied, alles gevolgd
omdat ik zijn liedjes zo mooi vind, de teksten van Willem Wilmink vooral. En
die geeft mij nu dus een hand met : “Hallo ik ben Herman.”
“Dat dacht ik al. “
Ehh ja, daar sta ik dus even met mijn mond vol tanden maar
gelukkig komt Joop de conversatie op zijn Utregs voortzetten. Leuk dat die
elkaar ook kennen 'vaan Utereg woar, de Kievietsdwarsstroat.' Zijn dochter ‘Anne-de-wereld-is-niet-mooi’
komt hem omhelzen en zijn vrouw staat er vriendelijk en charmant bij. Anne van
Veen lijkt totaal (uiterlijk) niet op haar pa maar leeft wel in diezelfde
wereld.
Tineke Schouten staat ook in de buurt en bij haar denk ik
altijd aan de zin: “Do you have a zeekont?’
Super grappig in de typetjes op het toneel en nu als een kip
in het onweer.
Dat is volgens mij wel meer aan de hand met ons 'soort' dat
je op het podium wel durft en doet wat je in het dagelijks leven gewoon niet zo makkelijk vindt.
“Ik heb een heeeeeel zwaaaaaaaaaar leven.”
Dan Rrrrrrrrotterdam. Gerard Cox in mooi blauw pak met
opgespelde gouden harp en zijn Ria waar wij onlangs nog zo enthousiast mee
hebben gegeten, treffen wij aan de sta tafel. Ze zijn met chauffeur en dat lijkt
mij ook heel verstandig. Gerard is blij dat de opmerking ‘black tie’ op de
uitnodiging niet serieus is genomen want hij ‘heeft daar persoonlijk een
tyfushekel aan’ wat ik mij goed kan voorstellen.
Wij begroeten Vincent Bijlo en zijn vriendin en het treft mij
zijn blindheid weer te zien. Wat een wereld van verschil zal dat maken.
Bewonderenswaardige en aardige man.
Marjolein Meijers is ook van Rotterdam en haar kom ik
regelmatig tegen en dat is prettig recht toe recht An. Rotterdamse Loes Luca daar
en tegen ziet er breekbaar uit wat je van La Bloemen dan weer niet kunt zeggen.
Erik van Muiswinkel en de broertjes Speelman horen hier
helemaal thuis en wij komen tot de slotsom dat Jan J. Pieterse (van Pamelen en
Pieterse) het aller dichts bij de Schouwburg woont, daarna de Speelmannen en
daarna op een goede derde plaats op een paar honderd meter afstand: Joop
Visser. Muiswinkel is alweer op een behoorlijke afstand gezet om over Kaandorp
maar niet te spreken, die woont in Overveen. Anders kun je zoiets ook nooit betalen.
Brigitte maant ons naar de zaal voor de grote groepsfoto en
ga er maar aan staan. Gelukkig heeft ze ook een mooie zoon met een megafoon die
de boel regisseert.
Hilariteit alom.
En dan gaan we op het toneel aan tafel. Er zijn meters lange
tafels gedekt met verse bloemen en er staat een vleugel en een microfoon aan de
kop. Brigitte houdt een toespraak omdat dat ook hoort en legt uit wat de
bedoeling is. Ze meldt ook de afwezigen. Youp van het H. heeft een overleden
broer, Freek de J. kon niet, drukdrukdruk. Brigitte heeft hemel en aarde
bewogen om Freek te laten komen. “ Ik heb zelfs het boek van Hella gelezen.”
Brigitte geeft even aan hoe de kaarten liggen bij de familie de Jonge en er
wordt flink om gebulderd.
Dat is dan ook de enige, nouja, je zou het een sneer, maar
dan vederlicht kunnen noemen richting collega want verder is het dus gewoon : oprecht
en echt een grote familie. Dominee Gremdaat
opent de maaltijd met een mooie preek met de nadruk op onze positieve bijdrage
aan de samenleving. Dat is wat je noemt een zegenrijk moment.
Wij zitten aan tafel met de heren Veldhuis en Kemper en ik
ken ze alleen van naam en de brochure maar dat is nu het leuke: nu ken je
elkaar iets beter.
We krijgen een soepje en er ontstaat een spontaan gezang aan
de tafels..nanananananaaaaaaaa.. En ja hoor Gerard Cox loopt richting de
vleugel bemand door enthousiast pianist Johan en zingt zijn hit : “Het is weer
voorbij die mooie zomer.”
Iedereen zingt mee en staat op om hem te eren.
Lekker verder eten en de tafels beginnen weer te zingen: "Hilversum 3!"
En daar staat Herman van V. op en hop: zingt Hilversum 3.
Joop begint ‘m te knijpen en dat begrijp ik.
Ach, sus ik hem, niemand kent jou hier.
Jacques Kloters houdt een praatje als bewaker van het cultureel erfgoed en hij ruikt ook even aan een oksel van Brigitte of het nog kan zo.
Dan komt er even een plechtig moment ingeleid door Herman
Finkers, de sympathieke Twent met accent.
Hij heeft een super lied gemaakt voor Brigitte, een
persiflage op haar nummer: ben zo blij dat ik het niet met Andries Knevel hoef
te doen . Hij zingt “Had ik het maar met Brigitte Kaandorp gedaan.”
(Niet met Visser maar hier wel even op de foto.)
Mooi allemaal, leuk, ongedwongen, oprecht, men gunt elkaar alles.
Daar komen de kersverse winnaars binnen van de Poelifinario,
Richard Groenendijk en Neerlands Hoop Ali B. en weer is men enthousiast. Regelrecht
van de wereld die door draait en graait, hier nu live in Haarlem. Bruggenbouwer
Ali B. is erg blij: " Ik hoor er nu bij!"
En wie wil dat niet?
Wij gaan er vandoor want morgen vroeg is er weer koor. Op de
gang horen wij iets met “Monniken!’ En Joop zegt: mooi, we zijn net op tijd
weg.
Dank, dank aan Brigitte Kaandorp en Jaap Lampe voor hun
gastvrije en buitengewone actie, dit was een onvergetelijke avond.
Liefs!
Jessica van Noord.
Ik kreeg een leuke reactie van Brigitte:
BeantwoordenVerwijderenHaha! Wat een prachtig verlag!
Leuk om het van een andere kant te horen. Leuk ook dat mijn idee, dat we toch allemaal een beetje van dezelfde bloedgroep zijn, blijkt te kloppen. En ook grappig om te zien dat de druktemakers onderling eigenlijk heel lief met elkaar zijn...
Nou dag,
Succes underground buitenbeentje !
Tot de volgende keer,
Liefs,
Brigitte