vrijdag 12 december 2014



12-12-2004-  12-12-2014, Utrecht.

"O wat is het lang geleden, dat wij het samen deden.."




Tien jaar geleden mocht ik voor het eerst ‘meedoen’ met Joop Visser. Bij Jacob in ‘t Ledig Erf, Utrecht.
En dat vieren wij vandaag.

Voor het eerst mee in de rode Daewoo, nog een paar keer de vier liedjes zingen onderweg op de A2. Dat zijn: ‘Leve de Regenten, Eenzaam op moederdag, Ik kampeer in de Heer en Jozef met de kalkoen.’ Ik vind ze steengoed.
Onbevangen stap ik in dit spannende avontuur. Daar mag ik dan zomaar meezingen met de vermaarde liedjeszanger. “Kom er dan de laatste twee nummers voor de pauze bijzitten en de op het eind ook, zing je gewoon mee.”

Parkeren voor de deur van de gemoedelijke kroeg zit er niet in. Paar rondjes om de kerk en ik vind dat we ‘daar’ wel kunnen staan. Dat leverde een vette parkeerbon op. Oei. Ik zal me er nooit meer mee bemoeien.

Jacob de kroegeigenaar is wel een apart typ. Een fan en zeer behulpzaam. Ik krijg ook een boekje van hem dat hij net heeft geschreven: Waar is mijn Noorse trui? En daar staat zijn kroeg op. Het podiumpje komt in de goede hoek en de hele tent wordt leeggehaald. Alle tafels en stoelen gaan eruit. We gaan soundchecken en dat heb ik dus nog nooit gedaan: in een microfoon zingen, dat is even wennen. Maar de geluidsman krijgt de stemmen mooi bij elkaar en de gitaar erachter zoals Joop dat graag wil.


Het loopt vol. Wat heet: bomvol. Je kunt je kont er niet meer keren. Goh, wat leuk om ‘zijn’ publiek te zien. Die mensen zijn fans, kennen zijn liedjes en hebben hem grijsgedraaid. Sommige enthousiastelingen komen te dichtbij. Beginnen ze over Jaap Fischer en het Ei zei en dan reageert hij of ze het over een ander hebben. En dat is ook een beetje zo. Het was een andere periode.
“Mevrouw, ik ben inmiddels 300 liedjes en zelfs een zangeres verder. Als het aan U had gelegen zong ik nu niet meer.”

Daar heerst veel onbegrip over. Ze willen gewoon de oude liedjes horen die ze weer terugbrengen in de tijd die zo belangrijk is in je leven, waarin het allemaal gebeurt ergens tussen je 12e en 20e. En hij kwam toen met een nieuw geluid en werd een hype. Daar kun je dan ook niets aan doen. Maar als maker van allemaal nieuwe liedjes, schilderijtjes noemt hij het, is het veel interessanter om daar mee bezig te zijn. Vooruit te kijken. " Je zegt toch ook niet tegen Picasso: Hey Piet, kun je nog eens iets uit je blauwe periode schilderen?'

Hij gaat beginnen, daar op een barkruk en een gitaar en krijgt de hele volle kroeg stil en aan het lachen en het meezingen.  Stuurt nog even een klein kind weg dat aan de snoeren zit te peuteren en dat levert even een pijnlijk momentje op voor de moeder die met een rood hoofd de tent verlaat. Maar goed, dat stoort dus en de mensen staan zelfs buiten op de gracht waar ze ook speakers hebben opgehangen. Ik vind het geweldig, die teksten en de droge manier van brengen.
Dan mag ik dus op die kruk naast hem en gewoon doen of ik dit al jaren doe. Niks aan het handje. Hartstikke leuk. Ik concentreer me op de teksten en het gaat vanzelf. En dan is het pauze.
“Neem in elk hand een glas, kunnen we weer verder gaan mensen.”

De tweede helft verloopt nog soepeler en het is een topmiddag. We doen ook nog een toegift samen, vind ik wel stoer hoor. Haha!
“Je moet je moed niet laten zakken”, een opbeurend lied dat iedereen meezingt!
Dat is pas helemaal gezellig zeg als die lui uit volle borst mee gaan zingen. Ook de geluidsman is erg enthousiast over onze combinatie en zegt tegen Joop dat hij daar vooral mee door moet gaan. Met mij dus.
Ik word er verlegen van. Dat we een mooi en grappig duo vormen.
Dat is een goed compliment.
Ben helemaal gelukkig. Zo is Joop aan zijn derde periode begonnen.  Joop&Jopie, noemen we ons.
Om het te vieren gaan we uit eten, bij een of andere Chinees. Het is heel vet, maar dat mag de pret niet drukken.
Ik vind het alleen al een feest om met die gitaar door de stad te lopen. 
Jubels!

En als ze niet gestopt zijn met zingen, dan zingen ze nu nog.












dinsdag 2 december 2014

Kreeg een glimlach uit de Hemel..

I.M. Nookie, mijn vriendin.

Het is nu precies een jaar geleden. Hoe idioot. Ik denk dagelijks aan haar en dan brand ik een kaarsje. Zit ik haar foto's te kijken, komt Amy Whinehouse door op de tv met "I died a hundred times'  ..





en krijg ik een mailtje van de 'helderzienden-club'  en haar dochter tegelijk. Dat is nu precies het lijntje dat ik met haar heb.
Dit schreef ik bij haar overlijden en dat komt nu weer terug met de wetenschap dat ze er echt niet meer is, wat een gemis.


...Vorige week maandag belde ze me. Ik stond een lap stof te kiezen voor een achtergrond voor een nieuw op te nemen lied op Youtube. Roze met witte sterren. Het moest op Gordon slaan en een beetje op Talent. Ik was er wel tevreden over, ook omdat het maar 4 euro per meter koste.
“He Nookie!” Ik was meteen blij omdat zij het was!
Maar ze zei iets dat ik niet kon geloven.
Ze zei: “Lieverdje, ik wil nog even zeggen dat ik heel veel van je houd en dat je in mijn gedachten bent want ik ga zeer binnenkort dood.” Ze klonk zwak.
En ik weet niet meer wat ze nog meer zei want ik dacht alleen maar: Dat kan gewoon niet waar zijn!
Maar ze had overal uitzaaiingen en er was niets meer aan te doen en dat wilde ze ook niet. En ze zei dat ze 'boven' meer kon betekenen dan hier op dit moment. Voor ons zou zorgen. Ik moest vreselijk huilen bij Jan Sickes Lappenland boven de rollen stof en vond in een klap geen lap meer belangrijk. 
Behalve dan als zakdoek.

Ik wilde naar haar toe, haar nog een keertje zien, afscheid nemen en besloot naar Ruurlo te gaan een week na dit onheilsbericht. Gewoon even langs, al was het maar een klein momentje, zonder aankondiging want daar zou ik haar misschien alleen maar mee belasten.
Verbijsterd was ik toen ik daar het erf opreed in het mooie Ruurlo. Een prachtige zonnige dag, 2 december, de bloemen bloeiden nog. Maar ik was te laat, ze was net overleden. Ik schrok me dood. Ach jeetje, ik wilde haar nog even knuffelen. Maar had geen idee van het stadium waarin zij al verkeerde, de eindstreep. Ze was er al overheen! 

Ze zou in haar eigen ouwe Mercedes stationwagen haar laatste reis maken, geen kraaien.
Ik was te laat, dacht ik maar later dacht ik: Nee, het is goed dat ik ben gegaan juist nu. Voor de meiden en haar lief en wellicht ook voor Nookie die al zo ver was dat ze niemand meer wilde zien. Helemaal ingeteerd door de ziekte en verwrongen van pijn. Vernederd door haar lichaam dat altijd haar pronkstuk was, zij was een 'Black Beauty! Paardenmeisje.

 "Het mooiste plekje op de aarde!'  noemde Nookie haar boerderij altijd blij. Nookie is voor mij niet zomaar iemand, zij is mijn grote voorbeeld en levensbron geweest in mijn jeugd. Ze was het buurmeisje dat op ons paste als moeder het weer eens stik benauwd had en met haar speelden we poppenkast en toneel, zongen liedjes en huppelden op straat met springtouwen of gingen rolschaatsen of roeien in de plastic opblaasboot. 
Hier zaten we samen in de rondvaartboot.




Ze las zo goed voor dat je het echt geloofde. ‘Het meisje met de zwavelstokjes’, daar ging ik van huilen en van ‘Alleen op de Wereld’ met dat hondje ook. Alleen in Amstelveen. Zo voelden wij ons natuurlijk, in die burgerlijke, ‘keurige, treurige, suffige, duffige, beschaafde’ 70er jaren doorzonwoningen die veel weg hadden van een aquarium. Glazen huisjes.Zo’n raam waar je in kunt verdrinken.
Gelukkig hadden wij onze fantasie en Nookie had een appelboom in haar tuin waar we veel in zaten en uit aten. Ze leek ook op Sneeuwwitje en dan speelden we de boze koningin met de mooie rode appel.
Nookie was mooi en spannend. Ze was een soort Pocahontas, gitzwart lang haar en een bleek, doorschijnend gezichtje met straalblauwe ogen. Ongezonde vegetarische look. Een zigeunerin met hippiejurken en glimmende belletjes om haar buik, een danseres. Vrolijk en melancholisch tegelijk. Een oude ziel. En volkomen over het hoofd gezien.

In de pubertijd ging zij verhuizen naar het zo mogelijk nog burgerlijker Bilthoven en wat miste ik haar.

Later ging zij in Amsterdam wonen en mocht ik bij haar logeren. Dat was zo geweldig dat ik daar ook meteen de eerste menstruatie kreeg." Ha een spontane eisprong", zei ze blij en legde me uit dat het feest nu kon beginnen. We kochten taart en gingen naar de bioscoop. Louis de Funes.
We namen de tram naar het Waterloopplein en daar was zij een bekende van iedereen. Ze deelde koeken uit of andere cadeautjes, ze was zoo lief en een lichtje voor de mensen. 
Ze kocht voor mij hippe kleren met spiegeltjes en die wilde ik nooit meer uit doen. En ze droeg een Afghaanse jas met lange haren.

Nog later verhuisde ze met haar gezin naar een boerderij in Ruurlo. Nookie was gek op dieren en verzorgde oude paardjes en papegaaien en varkentjes en honden en katten en duiven en 
konijnen en wandelende takken en dan met name de zielige, die al af waren geknapt en geschreven. Die knapte zij op. Ze kocht ook heel duur voer voor de dieren en mineralen. Zo had ze een hond met drie poten, een kreupel en blind paard en een varken dat rondliep in de boerderij. Babe was er niks bij.
Hoe leuk wil je het hebben. Een sprookje.
Het was een feest om bij haar te zijn. Ik waande mij in het paradijs daar bij haar en al haar lievigheid. Ze kon goed luisteren en kijken.
Dan kookte ze vegetarisch en macro chaotisch want ze hield van gezond en eerlijk. Als je ergens aan leed kwam ze steevast met een alternatief geneesplan en dieet. Ze was zeer gedreven in het helpen van andere mensen en dieren. Ze ving vooral de zwakkeren op. Ze had pleegkinderen en zorgde voor alles en iedereen die zich verloren voelde.
En ze was helderziend. Nookie had een gave, ze was een goede fee!
Handlezen of voetreflexen en praten met de gidsen dat was voor haar iets dat bij het leven hoorde.En ze zal er ook nog zijn voor ons,daarboven, dat weet ik zeker. 

Daar zaten we dan aan de ronde grenen tafel in de woonkeuken die alles van Nookie ademt. Haar sfeer, haar glinsterende belletjes, lampjes, slingers, vlinders, engeltjes, oude blikken, tinnen speelgoed, bloemenkransen, roze koffiezetapparaat.
"Raad eens hoe de kist van mama eruit ziet?", zegt Lonneke, haar dochter die net zelf moeder is geworden van een prachtig meisje en het leven heeft doorgegeven.
"Knalroze, met glitter!!! Heeft ze zelf uitgezocht."
Helemaal Nookie.
Ik ga niet kijken naar haar. Er was zo weinig van haar over. Ik wilde haar herinneren zoals ze was, mooi zwierig, kleurrijk, bijzonder.
En ze wil een feestelijk afscheid met vrolijke liedjes.
Of ik wil zingen?
Natuurlijk.
'De hordeloper', is het verzoeknummer. Ze heeft ons vrijdag nog gezien in een flits bij DWDD! En gelachen om ons. 
Zaterdag was ze er niet meer. 
En de wereld draait gewoon door. 
Hoe is het mogelijk.

Nookie was er toen ik voor de eerste keer met Joop zong in Bouwkunde in 2004 en wat was ze trots op mij, op haar kleine buurmeisje en wat was ik blij met haar komst, evenals de laatste keer in Deventer op 27 april dit jaar, toen zat ze er weer en ben ik nog naar haar toegelopen tijdens het optreden om haar te knuffelen en daar ben ik nu zo blij om. 
Ik bel Joop en hij hij troost mij. 
Ja natuurlijk gaan we zingen voor haar.

God, wat een mooi mens en wat zal ze een rust hebben nu, dat hoop ik. Ze heeft alles gegeven.
De honden zijn aangeslagen, de papegaai zwijgt in alle talen. Als ik haar wel aan de telefoon had schreeuwde Coco erdoorheen: “Nou Doeoeoeoeiiii!!! “ En wel zo hard dat we wel op moesten hangen.
“Hij is jaloers”, zei ze dan.

Rust zacht lieve schat, je hebt de Hemel verdiend.




maandag 29 september 2014



27 en 28 september 2014 Ouwehands Dierenpark , Dikkie Dik en en heel mooi weer.:)

De Zangleidsters hebben pret met Jet en zijn vet dikke mik met Dikkie Dik!!






Wat een leuke vraag is dat. Zingen voor en met kleine kindjes in een gezellige dierentuin op de 'Dikkie Dik dagen'.
Daar willen zij zich wel aan wagen. En met een hoofd vol dierenliedjes en kleine kleuterliedjes gaan de Zangleidsters op avontuur met Dikkie Dik.

Kilometers gezellige drukte bij Ouwehands Dierenpark in Rhenen. Dikke, dikke rijen voor de kassa van ouders en 
kleine kindjes in allerlei soorten stapelbare buggy’s. Die willen allemaal wel naar Dikkie Dik! En geef ze eens ongelijk.



Het Dikkie Dikplein staat vol met knusse tenten waar de kinderen kunnen tekenen, zich laten schminken als poes of tijger of vlinder of als een mooie sprookjes prinses, foto’s laten maken met Dikkie Dik of lekkere Diksap kunnen proeven. En er is van alles te koop met Dikkie Dik.



Een kleine of beregrote knuffel en natuurlijk allemaal boekjes van Jet Boeke en ze is er zelf ook, de bron waar Dikkie Dik aan ontspon, de maakster van al deze leuke tekeningen en verhaaltjes over haar eigen oranje kat met zonder snorharen. Wie heeft ze niet (voor) gelezen?






Kortom: Elke peuter in ons land weet wel wie Dikkie Dik is en dat is dus niet mis. Want alle fans van Dikkie Dik willen dat wel weten. En daarom zingen wij dus ook heel blij met de kindjes..


“Een handje, een handje, een handje hoort erbij, want Dikkie Dik is jarig, want Dikkie Dik is jarig, een handje, een handje, een handje hoort erbij!”


En je ziet wel hoe blij Dikkie Dik is!



En dan mogen de kindjes de echte Dikkie Dik een handje geven.
Net als de echte Sinterklaas.

En van het een komt het ander. Want van een handje, komt een hupje, een aaitje, een kusje...



 ...hoe lief is dat!
en als ie weer weggaat, een zwaaitje!
Net als Sinterklaas.

En wat worden we daar toch blij van en met de kinderen en Jet geeft ze van Jetje.


De eenvoud treft ons.
De kunst van het weglaten.
Zoals Jet de snorharen weglaat die Dikkie Dik een daadwerkelijk sympathieke blik geeft, zo hanteren wij  ook de basisregel: eenvoud en herhaling vinden kleine kinderen fijn. “Nog een keer!” roepen ze dan.



En je ziet die opgetogen gezichtjes, dat blije, dat ontwapenende van kleine kinderen die nog helemaal puur natuur Diksap zijn. Appels en peren. Zonder kleur en geur en smaakstoffen. Alleen het echte komt binnen en dat is wat de Zangleidsters dan ook zo leuk vinden om te doen. Lekker samen zingen en spelen.
En Dirk Scheele vindt dat ook. Hij heeft dan ook een hele dikke band met Jet en Dik.
Wat leuk om hem te ontmoeten. Hier doen we dan ook de dikke groeten!


Maar de kinderen laten zich niet hinderen door dit soort ijdeltuiterij, ze zijn gewoon echt blij en lief. Hup!

We brengen Dikkie Dik naar bed met een zacht liedje..


‘Dikkie Dik ga slapen, zit niet zo te gapen
Tot aan je kin, stop ik je lekker in..”

En als wij verdrietig zijn willen we graag een knuffel….en wie wil dat niet!


“Als ik boos ben of verdrietig, pak ik gauw mijn knuffelbeest
aai ‘m zachtjes, fluister woordjes, want van hem hou ik het meest..’
Knuffelbeest, knuffelbeest, ik hou van jou het allermeest
Knuffelbeest, knuffelbeest, ik hou van jou het meest..”

En dan zingen we over visjes en alle visjes in de zee doen met ons mee op het podium!
Met zwiepende vissenstaarten en geplons maar vooral: geblub. Blub, blub, blubberdieblub!
Ook de papa’s en mama’s bluppen mee. Wat zijn er ook een rare vissen ..neem nou de koffervis!
Wie heeft dat bedacht...


Of een liedje over een olifant..of een giraf!



“Ze kunnen zeggen wat ze willen maar de olifant heeft de
 allerdikste billen van het hele land en de giraf, de allerlangste ne-he-hek, en het nijlpaard de allergrootste bek-bek-bek!’

Hoe leuk is het om die bek dan dicht te klappen. Op het goede moment.
Wij weten eigenlijk niet of het nijlpaard wel de allergrootste bek heeft want de krokodil mag er ook best wezen.

En de krokodil ligt heel stil maar voor je het weet…..bijt ie in je bil.

Wat is het toch mooi om al die dieren zo dichtbij te kunnen zien. Maar soms denk je wel: was ie maar vrij en blij, net als wij en niet in een hokje, achter de tralies...
Ga je toch maar van lieverlee op de dierenpartij stemmen.




Dat is wel iets waar je mee geconfronteerd wordt als je weer eens in een dierentuin komt. Hoe prachtig verzorgd en vriendelijk ook, qua uitstraling, het blijft een soort gevangenis.
Maar gelukkig kun je daar dan ook uit ontsnappen. Net als Bokito!



Dus zingen de Zangleidsters ook dit spannende lied met veel mensenkennis over een beer, maar het kan ook een aap zijn. Afhankelijk van de dierentuin. Je moet ook niet op alle slakken zout leggen. Zeggen ze.



Uit ‘Ouwehand’s  is een beer ontsnapt                                                    / Uit Blijdorp is een aap ontsnapt
Een beer ontsnapt?                                                                                 / Een aap ontsnapt?
Een beer ontsnapt                                                                                   / Een aap ontsnapt
Hij heeft bij A.H. gegapt                                                                         / Niemand die er iets van snapt
Tjonge wat een boef!                                                                              / Tjonge wat een boef!
Een honingpot en een krentencake                                                          /Hij sprong over de slotgracht heen
En zuurtjes voor de hele week                                                                / en ging op pad die dondersteen
Een groot pak sprits voor bij de thee                                                      /  Hij trok een wijfje met zich mee
Dat nam ie allemaal mee!                                                                        / zij gilde ach en wee!
Nu lig ie languit op zijn rug                                                                      /Toen schoten ze hem in zijn rug
Op zijn rug?                                                                                           / In zijn rug?
Ja op zijn rug                                                                                         / Ja in zijn rug
Hij wil noooooooit meer naar ‘Ouwehands’ terug                                   / Zijn mooie grote zilverrug
Tjonge, wat een boef!                                                                            / Vijf keer, pief ,paf,poef
(Cees West en Bies van Ede, maar dat ging over Artis)


En ze smullen ervan. De kindjes.Van de honig, en de krentencake en de zuurtjes vooral.

Veel liedjes gaan ook over katten en we hebben er zelf ook een bedacht, een kanon.
Dan zing je dus door elkaar heen. En dan klinkt het meteen meer..meerstemmig kattengejank!

‘Miauw, miauw, de kat van de buren, miauw, miauw, de kat van de buren,
Zit naar Dikkie Dik te gluren, zit, naar Dikkie Dik te gluren
De kat, de kat van de buren, de kat, de kat van de buren..”

En dat giraffen een lange nek hebben en je er lekker af kunt glijden heb ik nog nooit iemand zien doen maar wellicht kan het! 
Het zal Dikkie Dik allemaal worst wezen.
 Of  hete kip.
Hij is gewoon een lieve, vette dikke goedzak en doet geen vlieg kwaad , is vrolijk en blij en grappig en dat is helemaal wat we eigenlijk, in ons hart allemaal wel willen zijn!

Met een dikke lach zeggen wij dag, daaaag! 
Dankjewel en een Dikke knuffel, dat kunnen we wel gebruiken in deze tijd vol haat en nijd.:)))

Lange leve Dikkie Dik en lieve groet van
De Zangleidsters.











maandag 22 september 2014

Doe mij maar gewoon muziek

Een  superweek vol muziek en adrenaline. 
Korenlint in Haarlem, Kinderkoor, Klip ‘Kutmuziek’, Joop en Jessica in Antwerpen en terug naar Oegstgeest voor een besloten feest.
Muziek is voor mij vooral: samen muziek maken.
Zingen in een koor is dan ook vooral leuk om te doen. Het luisteren naar koren kan mij persoonlijk niet zo bekoren een enkel koor daargelaten. Ik doe het liever zelf. Net als voetballen . Of biljarten.

13-14 september: Korenlint

  Foto's vrouwenkoor Malle Babbe olv Leny van Schaik: Gerrit.
De koorleden moeten soms hun best doen om niet te gaan lachen om hun Malle dirigent.

Haarlem barst van de koren. Ik geloof wel 47. Welk koor moet je kiezen?  Daar is zo’n korenlint wel handig voor. De Haarlemse monumenten staan dan open voor koren en toehoorders. Zo kun je een aardige route plannen en van de ene sfeer in de andere belanden. En eindigen in de Vijfhoek met Jopenbier vol plezier.
Het mooiste van het korenlint vind ik dan dat je uit allerlei onvermoede hoeken en holen gezang hoort door de openstaande vensters en deuren van kerkjes en hofjes. Op afstand en en passant is koorzang wel het mooist.
Geen herrie van mechanische 'kutmuziek' maar het geluid van meerstemmige en enthousiaste zangers. Hard of zacht. Klein of groot. Klassiek of pop. Opera of barbershop. Het is echte muziek.
Dan zie je het heerlijke heldere Haarlem vollopen met mensen die ogenschijnlijk bij elkaar horen. Dat komt door die koren. Dan lopen ze in een soort uniforme kledij. En het vervelende van kleuren is dat ze toch altijd weer net even anders zijn. Net niet. Dat het ene blauw compleet uit de toon valt bij het andere blauw vooral met het vleugje wit dat dan toegestaan is door de kledingcommissie. Want wat de een een vleug vindt, vindt de ander dan weer een dekzeil. En daar kun je het dan over hebben met elkaar. Dat schept een band.
Uitgebreid op een terras aan het Spaarne in de zon die alweer zo’n zwoele zomerse bui heeft.
Met een glas wit.
Het leuke van zingen in een koor is dat je , ondanks het ongelijk 'gestemd' kunnen zijn met de hele legbatterij alten, tenoren, bassen en soprano’s qua persoonlijke opvattingen over het maatschappelijke, politieke en sociale leven, toch samen prachtig kunt zingen.
Dat is de kracht van het samen zingen, het overbrugt die dingen. De verschillen , de meningsverschillen, de rangen en standen van hoog tot laag.
Daarom pleit ik voor meer zang in de politieke top. Gewoon een vergadering beginnen met een mooi lied.
En dus niet in naam van mijn God schiet ik jou kapot. 
En Russen kunnen helemaal prachtig zingen.
Je bent immers met elkaar op zoek naar harmonie.
En de mensen gaan de kerk blijer uit dan ze gekomen zijn.
 En je bent weer van de straat. 
Je krijgt er energie van.
 Het is niet duur. 
Je hebt altijd je instrument bij je, je eigen stem. 
Allemaal voordelen.
Ik word ook nooit moe van zingen. 
Wel van stofzuigen. Of administratie.

15 sept. Repetitie Kinderkoor Zing je Blij!

Daarom wil ik het ook zo graag overbrengen op anderen. Op kinderen die niet meer gewend zijn te zingen op school of thuis. Zo heb ik samen met mijn mede-‘Zangleidster’ en muzikale vriendin Marieke een kinderkoor opgezet en dat loopt geweldig! Wij leren ze leuke liedjes en ze zijn zeer enthousiast. Die mogen ze dan thuis samen met hun ouders gaan zingen bij de afwasmachine. Elke maandag zingen wij met ruim 70 kinderen na school. En ook daar krijgen wij energie van.
 Je wordt weer kind met de kinderen.
Tegen de kerst gaan we met het kinderkoor optreden in een bejaardenhuis en dat lijkt ons wel heel spannend en speciaal.
Wat een schatjes!

 Even iets anders maar ook weer niet

Youtube: Joop en Jessica's 'Kutmuziek' klip krijgt veel reacties!


Joop! schrijft op zijn site: 

Kutmuziek

Kijk nou: protestsong tegen het muziekbeleid van radio 1 maakt je dag goed!


zie:  http://youtu.be/yZ2Vq0ITbbs

Sinds ongeveer anderhalf jaar draait Radio 1 muziek. Omdat de zender te saai was geworden met alleen maar pratende en brommende stemmen. Maar sinds die beslissing is genomen heeft de muziekkeuze van de programmeurs heel wat kritiek te verduren gekregen.

De keuze van de nummers is tuttig, oubollig, saai en totaal niet verrassend. De top 2000 is nog spannender, is de teneur van de kritiek.
Daarom liet Radio 1 een onderzoek uitvoeren onder 500 luisteraars waaruit bleek dat 1 op de 6 luisteraars tegen de muziek op radio 1 is. Geen reden om het nieuwe muziekbeleid te wijzigen, vond radio 1. Dus voorlopig zitten we nog even vast aan Foreigner, Phil Collins, The Eagles, George Michael en ga zo maar door.
Van het muziekduo Joop en Jessica is duidelijk wat ze van de muziek op radio 1 vinden. Het is in één woord samen te vatten: 'kutmuziek'. Maar daar hebben ze wel een heel leuk liedje van gemaakt.
Nu maar afwachten of ze dat op radio 1 durven afspelen...
Kortom, dit is ook de week van de ‘Kutmuziek’.
De ergernis over al die rotzooi die je voor je kiezen krijgt als je naar de radio luistert, zit zo’n beetje in dit lied van Joop en Jessica.
Het heeft nogal wat voeten in de aarde want het lied op Youtube werd al meteen flink gedeeld en opgepikt door de media. De Volkskrant (Paul Onkenhout)



schreef er een uitstekend verhaaltje over en het blijkt te voorzien in een behoefte en de discussie te voeden. Er zijn meer mensen die zich al heel lang ergeren aan de muziekkeuze op radio 1 omgeven door reclamebagger. Waarom kun je op je brievenbus wel een Ja/Nee sticker plakken als het gaat om reclame en dendert alles via de etter- ether rechtstreeks je keukentje binnen als je staat te koken.

Goed, dat moest er even uit. Het lucht ons in ieder geval op, zo’n lied.


17 september: Antwerpen


Dat Joop en Jessica nog steeds actief zijn mag ook duidelijk zijn. Wel niet meer in de vaste rij theaters maar wel daar waar ze genodigd zijn en welkom. Besloten partijen en culturele festijnen daar zie je ons nog wel verschijnen. Amai! Met veel plezier.
Zo waren wij deze week ook in Antwerpen genodigd in een klassiek biljartcafé. Rood en Wit. Naar de kleur van de ballen. Mijn hartje ging open. Vroeger veel meegemaakt, die biljartsfeer met mijn vader als televisie-commentator met die ‘fluisterende stem’ , de stilte in de zaal van overwegend oude mannen die af en toe knipten met hun vingers bij een mooie treffer. Toen mocht je nog roken in het café.  Sigaren. Pijp. Ik heb daar iets mee, dat serieuze, dat gedoe, de sport, de gilletjes, de psychologie, de onmacht van de wachtende op dat stoeltje, hevig zwetend en krijtend. Ceulemans, Dielis, de reusachtige Hose, van der Smissen, van Bracht, en nu natuurlijk de vitale Dick Jaspers. Bescheiden sporters die uren en uren doorbrengen met hun figuren op de tafel. Kilometers maken om de ballen goed te kunnen raken. Zo subtiel en dan op een haar na missen. Het geduld, de passie, de wanhoop. Alles zit erin, ook de eenzaamheid.
Een biljarttafel als centrum van dit cafe en rondom bankjes met sky bekleding, lambrisering, houten tafels en een hoge bar, lage lamp. De sfeer van weleer en de gastvrije Vlamingen met een luisterend oor voor het Nederlandstalige lied. Wat een warm bad van een en al belangstelling en aandacht. We zingen ruim een uur en ook met de meezingers gaat de hele kroeg vol mee. 


De ontvangst en gastvrijheid doen je verlangen naar een leven lang optreden in het Belgische.  Er zijn een paar bekende muzikanten die ook erg goed meezingen. En alles is perfect verzorgd. We zijn te gast bij hele aardige mensen in een prachtig huis. 

En Joop maakt weer een mooi programma. Een mengelmoes van onze drie cd's en de dvd en dan toch zo dat het een geheel is. Voor ons dan. Liedjes uit de relieserie, dierenserie, dichtersserie, maatschappelijke serie, romantische serie, meezingserie passeren de revue. En we testen onze nieuwste liederen uit.

Voor het optreden kunnen we nog een loopje maken naar het fraaie centrum van Antwerpen , langs chique winkels vol diamanten en chocola. wat wil een vrouw nog meer. 
Zo zie je nog eens wat en veel uniformen ook.
Blauw met een vleugje wit. Lijkt mij wel wat voor ons kinderkoor. :)



En de magistrale kathedraal. 


Joop Visser is bij onze sympathieke Zuiderburen werkelijk een cult-held, een Messias, een levende legende, een droom, een icoon. Er komt geen eind aan de loftuitingen. Je zou er verlegen van worden.We doen dan ook een gezellige nazit met voor mij een lekker Antwerps bier. Een bolleke en nieuwe aanvragen liggen op de loer.
Zo blijven we lekker van de vloer.


En als ze niet gestopt zijn met zingen, dan zingen ze nu nog.
                                      Lang leve de muziek!





maandag 28 juli 2014

Blommenkindersfestival

27 juli 2014, Roosendaal, Blommenkindersfestival

Soms lopen de dingen even anders dan je had gedacht. Zo krijgen wij na onze jarenlange tournee onverwacht veel aandacht. Aandacht van de media. En zonder de media besta je niet eigenlijk. Daarom waren wij daar nu heel blij mee.
Dat we nu toch nog bestaan.
Zo stond er een prachtig breed uitgemeten artikel in de Volkskrant met de zure kop: ‘Azijnpisser’....



.....die verder de lading van het verhaal totaal niet dekt maar wel aandacht trekt en als geuzennaam zou kunnen worden uitgelegd naast het geplaatste lied: Trouw, beter bekend als ‘ De Volkskrant is een kutkrant.
Nu ben in opgegroeid met een gerenommeerd 'Azijnpisser' als vader, ooit werkzaam bij de Volkskrant en krijg ik dit ook nog eens over me heen. Dat kan teveel worden. Want nu zijn de heren  AzijnVisser en de Graaf in een onderlinge concurrentiestrijd verwikkeld geraakt: Wie is er nu de enige echte Azijnpisser? Wie heeft er recht op deze mooie titel. Dat zijn dingen waar wij ons nu op moeten bezinnen.

De volgende dag staat er in BN de Stem een opgewekt interview van dezelfde strekking maar met de kop: “ We lachen ook heel veel.”



Kijk, daar word ik dan weer vrolijk van, ja, want dat is ook zo. Bovendien is de foto in deze krant wel up to date en die in de Volkskrant ruim tien jaar oud. Maar dat maakt ons dan ook wel weer tien jaar jonger en zo heb elk nadeel ook ze voordeel.
Al met al legt deze publiciteit ons geen windeieren en voelt het allemaal als een ietwat late doch prettige waardering van het fraaie werk van Jaapse Joop al dan niet met Jessica. We zijn er best trots op.
 “Hèhè, eindelijk”, reageren onze fans. 
We zijn ontdekt! Het 'Succesvolle Duo".
Mooi toch.
Niet alleen leuk voor ons, ook voor de mensen die ons al die jaren hebben gevolgd en het prachtig vinden.

Dat is te merken op het Blommenkindersfestival waar we ook met veel enthousiasme onthaald worden en begeleid als echte sterren. Volgende keer zitten wij in die helikopter, zegt Joop als er een heli laag over het terrein blijft cirkelen. Het blijkt een trauma heli en het is niet goed afgelopen met iemand in Roosendaal, iets met stroom.

Wij gaan soundchecken in het openluchttheater waar de zon pal op onze hoofden staat en ook zal blijven staan. Joop vraagt om een parasolletje en daar maakt de geniale geluidsman dan een mooi ding van zodat die zon niet zo op Joop z’n hersenpan staat te gloeien en de gitaar niet uit zijn handen glibbert.


Het geluid komt goed voor elkaar en het publiek komt in stromen binnenzetten. Omdat wij als eerste gaan optreden en er nog lange rijen bij de kassa’s staan, lopen er steeds mensen voor de tribune langs.

Dat is lastig concentreren en als er dan nog een paar fotografen pontificaal voor het publiek gaan staan gaat Joop even ouderwets tekeer, na een eerder vriendelijk verzoek om niet te storen met de camera’s is het nu echt ‘wegwezen of ik stap op, en even later nog een keer: ‘Moven!” Kijk, je bent een ‘Azijnpisser’ of je bent het niet. Maar hij wordt gesteund door het publiek met een luid applaus.



We gaan lekker een uur zingen en het is van het begin af aan een feestje...



Alles mag er zijn. Van ‘de Hangjongere’ tot ‘En in juli als het warm was’ . Liedjes over de liefde, de teringherrie van de discotheek, het leed, de maatschappij met z’n onbeholpen instanties, de banken, de managers, het leger, de kerk, het koningshuis en ‘dat gevoel van onmacht’.
“Wij geloven in een wereld waar mannen niet de baas zijn”, dekt de lading wel.
Joop kijkt dan op zijn blaadje en kiest weer een lied. Het repertoire is alleen maar groeiende.



En dan zingen we een nieuw lied over Afghanistan, een hommage aan de jongens die al dan niet terugkomen met een trauma van hier tot Afghanistan. 
Ook nieuw en zeer actueel in het assortiment zijn onze vrolijk getoonzette wandelliedjes. Liedjes waar je op kunt wandelen dus. Daar slaan wij twee vliegen in een klap. Wij wandelen graag terwijl we zingen en andersom en zo ontstaan die dingen.
Zo is er nu een lied met het refrein:

 ‘En aan het einde van het jaar, kiezen wij met elkaar, de grootste, de grootste..
Aan het einde van het jaar, kiezen wij met elkaar de grootste.. leugenaar..”

Dit lied is op allerlei gebieden in te zetten. Er zijn veel kanshebbers op de titel en wij gaan dan ook ‘de Gouden Pinokkio’ uitreiken aan de winnaar.

En dit lied wordt meteen enthousiast meegezongen, meerstemmig.
Wat een geweldig leuk Brabants publiek! Wat een sfeer. We zingen met plezier!





Er zijn een aantal verzoeknummers binnengekomen en die doen we dan ook. Voor een mevrouw die nogal verdrietig is, biedt het lied “In de schemering’ troost en voor een sportman, de wereldkampioen driebanden Dick Jaspers, uit St Willybrord, spelen wij het lied uit de sportserie:  de Hordenloper. Dat slaat dan wel niet op biljarten maar wel een beetje, want je moet er ook bij bukken.



Het is een vrolijke bedoening. Allerlei Koos Koets-achtige- flower- power energy- types met peace tekens en tatoeages. Mensen waar de wereld niet slechter van wordt denk ik dan.


Bloemenkinderen. Blommenkinders. Ik krijg een beetje antropohosofische jeukkriebels. Maar het valt allemaal mee. De organisatie loopt op rolletjes, de sfeer is artistiek en vriendelijk. Fleurig, kleurig, vredig activistisch, kinderlijk. Zo’n pluk het geluk gevoel. Bewust uitgerust met een goed gemoed en bij voorkeur terugblikkend op die goeie ouwe tijd met de ‘eigen’ jeugdhelden.
Hier spelen Jan Akkerman, Massada, Focus.
Na ons treedt Dimitri van Toren op. We treffen hem in de kleine tent achter het podium. De mannen kletsen wat over een gitaar en Dimitri is jaloers op Joop. “Want jij zingt fijn samen met deze leuke mevrouw in haar rode jurkje en bovendien ben jij nu al klaar en ik moet nog.”  Joop Zegt: “Ja ik kan jou wel zo’n rood jurkje aan laten doen maar daar wordt het ook niet leuker van.”



En Joop begeleidt zijn aardige collega liedjeszanger met de gitaar naar het podium waar een smachtende menigte aan zijn voeten ligt in het gras en de hete zon.
Daar smelt je toch van zo’n man.
En als we niet gestopt zijn met zingen, dan zingen we nu nog.

"O, wat is het lang geleden, dat wij het samen deden, O wat is het lang geleden, dat wij, hebben geblowd."


En speciale dank aan de organisatie van het festival, de vrijwilligers , de techniek, het publiek, de journalistiek en de fotograaf die ons zo prettig op een afstandje heeft gefotografeerd en de sfeer mooi heeft getroffen :)) Aad Meijer, Studio TKST&BLD, dankjewel!