maandag 23 december 2013

DE AVONTUREN VAN JAN EN PIET

DEEL 4:

ZUS MIEP HEEFT ZIEKE BOTJES, afdeling Pauw.

Jan en Piet moeten mee naar het ziekenhuis want moeder laat ze niet alleen thuis, de hele dag.
Dat ze weer fikkie gaan steken zoals laatst in de poort.
Miep moet  naar het ziekenhuis. In Utrecht, het WKZ, speciaal kinderziekenhuis. Ze is er al helemaal thuis. Ze krijgt een infuus voor haar botten. Ze heeft O.I, oftewel: Osteogenesis Imperfecta en dat betekent dat ze vaak iets breekt, leeft met pijn, blauw oogwit heeft en onder de gangbare maat blijft. Gelukkig is er een paardenmiddel dat haar botten sterker maakt en dat gaat via een infuus haar lijfje in. Bifosfonaten.
” Even bijtanken he Miep.”
Jan en Piet zijn in ene heel lief voor hun grote zus. Ze zijn vol ontzag want als de dood voor naalden en bloedzakjes en doktersjassen . Jan vond het gaatje in z’n oorlel al vreselijk eng. Miep buit haar rol even flink uit. Ze doet heel stoer en laat zien dat ze geen watje is. Jan en Piet weten ook wel dat ze Miep nooit moeten tackelen of duwen of schoppen. Dat doen ze maar tegen elkaar. Miep breekt zo weer iets en dan heb je de poppen aan het dansen.
Het WKZ is een tof ziekenhuis, daar zijn Jan en Piet het gauw over eens. Je hebt er een grote hal met relaxte stoelen en een apparaat waar je heel hard aan kunt draaien en dan krijg je een draaikolk, computers waar je spelletjes op kunt doen, een voetbalspel, tafeltennistafels en een videotheek waar je gewoon films kunt uitzoeken. Er is een winkel met speelgoed en snoep en ijsjes en tijdschriften en een restaurant.
“ Zo ik heb geen kind aan ze”, denkt moeder. “We maken er een lekker daggie van, he jongens..”
Miep moet naar afdeling Pauw en ze hoopt dat Dennis er is. Dennis is de bom. Zo'n aardige verpleegkundige waar je ook tenminste een beetje mee kunt lachen. Hij gaat ook altijd naar Lowlands en houdt van dezelfde muziek als Miep. Ze kijkt op het bord en ja hoor, er staat: Miep, kamer 2, 'Dennis-de menace'.
Moeder kijkt meteen met wie ze op de zaal komen. Soms is het er zo druk en staan alle televisies aan met die drukke tekenfilms en daar wordt ze stapel van. Ze doet alvast haar oordoppen in.
Er ligt een Irakese tweeling van 10 jaar, twee vrolijke jongens met allebei dezelfde bloedziekte en een doodzieke jongen van 15 met een kaal opgeblazen hoofd, leukemie.
Dat is niet leuk.
Hij is aan een hele zware chemo bezig en het is erop of eronder.
Kijken of zijn lichaam dit nog aan kan, deze tank met puur gif.
Zijn vader zit er gelaten bij.
Moeder telt haar zegeningen.
Zo’n dag in het ziekenhuis hakt er altijd weer behoorlijk in. Maar Miep en bijna al die zieke kinderen zijn op een bepaalde manier veel wijzer dan kinderen die niet in dat schuitje zitten. Vaak een voorbeeld en troost voor de ouders. Onvoorstelbaar. Zonnig en ‘in het moment’ zonder de toekomst tobberij van de grote-mensen-maatschappij.
Miep moet mee naar de behandelkamer. Een frisse jonge dokter zonder witte jas in een hippe spijkerbroek neemt rustig de tijd .
“ Leuk kapsel heb je”, probeert hij haar af te leiden van het onvermijdelijke prikken.
“ Prik je wel in een keer goed!” Miep laat zich niet om de tuin leiden. Ze staat op haar strepen.
“ Komt goed hoor, wat voor school zit je?”
“Art and Design, in Amsterdam, tweede jaar.”
" Creatief typje, dat dacht ik al. Daar komt ie hoor...1..2..."
” HAAA MAM!” Jan komt enthousiast binnen stormen.” Je kunt hier heel goed glijden op de gang, vet glad!”
“ Doe rustig!” gebaart moeder.
“ AUW!” Miep schrikt toch weer van de prik en huilt een beetje.
“ Gaat het? “ vraagt Jan bedremmeld op de drempel.
“ Zooooo, hij zit erin hoor. Goed gedaan  meid. Kom nu maar gauw naar de zaal en laat je maar lekker verwennen door je broers en je moeder.” knipoogt die leuke dokter.
Dennis installeert het infuus en doet allerlei controles. Alles wordt gemeten en ze keten. Jan en Piet kijken naar de bloeddrukmeter. “ Mag ik ook eens zo’n ding om?”
“Kom maar even.” Dennis doet het manchet om bij Piet. “ Gek gevoel, net of je arm eraf gaat joh.”
De cliniclowns komen eraan. “O leuk!!” roept moeder.
" Nee he!" van Miep hoeft het niet.
Twee goedlachse, fragiele vrolijke geschminkt en kleurig geklede vrouwen met een mini-accordeon en een tas vol grappige attributen schuifelen met hun Pipo schoenen verlegen de zaal binnen.
Moeder verheugt zich oprecht op de clowns. Ze zijn zo goed bezig met die kinderen, sluiten helemaal aan bij het kind. En het spel ontstaat, niet geforceerd maar echt. Ze vindt het zeer professioneel en knappe improvisatie kunst en ook helemaal dienstbaar. Kleine kinderen genieten ervan en het leidt ze af. 

De grote….dus..vet….minder.
De puber met leukemie duikt weg.”Kut, te laat.” Zegt ie.
Als ie ze aan ziet komen probeert ie liever even, zo’n half uurtje, naar de wc te gaan, maar hij is nu echt te ziek. “Ook dat nog!, kermt ie en trekt het laken over zijn even zo bleke gezicht. Ze zijn net zo wit. Miep moet om hem lachen.
De clowns houden het rustig, ze spelen heel zacht een spelletje met de Irakese tweeling met pistooltjes waar bloemen uitkomen Vrede op aarde!!!!!Pief-paf-BUSH ! En toen gooiden ze een schoen. Ze lachen en stralen. Jan en Piet doen er nog een schepje boven op en er ontstaat een gezellige oorlog met af en toe een schietgebed van Mohammed, onder een ziekenhuisbed. Moet kunnen , zo vlak voor de kerst.
Miep zit in zichzelf te tekenen. 
 Ze legt zich er bij neer.
 Het infuus is goed voor haar dat weet ze.
Het redt haar skelet.
Ze rust uit van zo’n dag waarop ze niks mag. En ze kijkt een film met Johnnie Depp, zo'n romantische piraat.” Ahhh, wat een stuk is dat!” Dat vindt haar moeder ook. "Hij beweegt ook zo leuk.". “Hij is van jouw leeftijd mam.”
Jan en Piet gaan computerspelletjes spelen met de tweeling.
Moeder heeft haar gitaar meegenomen en gaat op de speelkamer zitten spelen voor een paar kindjes. Kinderliedjes zingen. Dan vergeet je alles. Annie's Schmidt lied is favoriet, Diedeltje Dei met het refrein: ” Ik dans met de gans en ik trouw met de pauw”, omdat het afdeling Pauw is. 
En moeder heeft wel eens een dansje gemaakt met de Pauw bij Loetje buiten en toen zat Witteman er ook.


Ze zingen en dansen en lachen mee. Het is heel gezellig. De verpleegsters komen ook even kijken wat er gaande is.
 Komt er een grote kleuter naar moeder toe met zo'n bekend prednisonhoofdje, stralende ogen zonder wimpers, kaal met fleurige sjaal. ” Kun je ook" Lang zal ze leven?” vraagt ze zacht. ” Ik ben namelijk jarig!”
Moeder slikt iets weg ."Hoe heet je?" 
"Eva."

Hoeveel jaar ben je? 
"Zeven!"
” Voor jou zal ik zeker lang-zal-ze-heeeeeeeel- lang-leeeeeeeeeeeevvvvvvvveeeen! zingen hoor, doen jullie mee?”
 En iedereen staat om Eva heen in een kringetje. Ze kijkt zo blij.
 En ook Eva's  moeder beeft even.
We proosten met de thee koppen op Eva.
"Lang zal Eva leven!!"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten