vrijdag 21 maart 2014

20 maart 2014

Joop & Jessica welhaast postuum ontdekt in België.

Beter laat dan nooit. We doen een Vlaams blokje.
Amai! Daar gaan we dan twee keer in een week spelen bij onze Zuiderburen.
Puur toeval. Eerst nabij Antwerpen, de stad van duizelingwekkende diamanten en propvolle praline’s op een privé partij van een fan, dame, 50 jaar, arts, linkse politica die hard op haar vingers kan fluiten om de aandacht van de meute te krijgen. Wij worden sympathiek en zeer gastvrij onthaald. Haar feest vindt plaats op zo’n beetje de mooiste dag in maart ooit, bijna 20 graden in een paradijselijk, eigen gecreëerde beeldentuin met intieme terrassen, vuurkorven, pannen mosselen en friet en bloeiende planten in Hoboken, ietwat voorbij Antwerpen, alwaar wij het drukke trafiek met onze Vlaamse Tomtom listig voorbij zijn geslopen.


De gasten zijn zeer enthousiast over de aanwezigheid van hun jeugdheld: Jaap Fischer. Joop Visser, dan wel nu met Jessica. Ze kunnen het bijkans niet geloven en ‘je zou er toch een hartcrisis van bekomen!’ Een fan gaat meteen vooraan zitten en schudt meewarig zijn grove hoofd: ”Het is niet te geloven dat ik hier nu zit, dat ik hem mag zien spelen."



En in Nederland wordt ie niet eens herkend! “ Ze zijn op de hoogte van de 'hordeloper-stunt' in het
programma Holland Gott’s Talent, hebben zich 'verkneukeld'  en voelen bijkans plaatsvervangende schaamte voor die platvloerse Hollandse jury. Zo heb je dus die fijnzinnige Gordon  en nu is "onze Geert"  ook weer bezig met zijn provocaties. Geert en Goor. Nederland op zijn smalst. Nu ligt er dan een Gordon sanitaire om Geert. Het is het beeld van Icarus. Hij overspeelt zijn hand en komt te dicht bij de zon.Te hoog in de bol gestegen, dan val je hard.
"Sorry Geert, sorry Geert, je doet iets verkeerd"

Maar goed,  wij houden veel van België. Wij willen meer, meer, meer Belgen!
Ik wil er niet veel van zeggen verder maar de woorden ‘Levende Legende’ nemen welhaast mythische proporties aan. Ik zeg tegen Joop: “Jij bent hier meer een held dan in Nederland, laten we hier maar blijven.”
En dat klopt ook want een profeet in eigen land wordt vaak niet gehoord. Neem Jezus, neem Cruyff.
Neem Bram Vermeulen.
De sfeer is zeer gemoedelijk, zachtaardig, lieflijk, bescheiden, warm en gastvrij.
Vanwege het fantastische weer is het optreden buiten, voor ongeveer 70 man zonder 'deurproaterkers' (microfoons) en dat is pittig!  Ruim een uur zingen we en hoe aandachtig luistert het publiek.  Het is een sprookjesachtig tafereel. De maan schijnt tevreden, de mezen pimpelen mee en ik ook na afloop met een lekker stevig blond Belgisch Bier!



En dan gaan we naar
MECHELEN
voor de Presentatie van :
'ER IS NIETS TE ZIEN  EN DAT MOET JE ZIEN'





We hebben weinig tijd om na te sidderen van dit avontuur want soms komt alles tegelijk in een soort van stroomversnelling. Zo gaan wij nu naar Mechelen spelen bij de presentatie van de biografie over Herman de Coninck door Thomas Eyskens met de titel: “Er is niets te zien en dat moet je zien.”


Ook Herman de Coninck was een bewonderaar van het werk van Jaap Fischer en als zodanig komt hij ook in deze biografie voor en hoe mooi is het dan dat hij daar dan ook bij speelt, de ‘levende legende’.


We spelen twee blokjes van 20 minuten.
De wedstrijd wordt in de kleedkamer gewonnen zeggen wij altijd. Voorbereiding is alles. Wat wel en wat niet. Zoeken en voelen. Proeven en bevinden.


En zo zie je ook nog iets van mooi Mechelen. 


Leuke blote mannen in het park..

En dan gaan we op pad!



Boekhandel 'de Zondvloed'  ligt prachtig in de Onze Lieve Vrouwenstraat van Mechelen en heeft een verrassend, indrukwekkend  interieur. Erg ruim maar toch met een intiem karakter. Alweer zeer gastvrije mensen die stapels boeken en stoeltjes hebben verplaatst om wel 200 mensen te kunnen ontvangen. Werkelijk een fabelachtige winkel met verschillende verdiepingen. 


Leuk om hier wederom (in Hoboken was hij er ook) virtuoos gitarist Jokke Schreurs te ontmoeten. Hij speelt net zo behendig als het Rosenbergtrio in een met een geweldige swing. Ik ben perplex en jaloers.
 "Dat is gemeen, zegt Joop, nu durf ik niet meer."
"Maar hij speelt ook wel tien uur per dag op dat ding."
"O, ja nou, dan kunnen wij dat ook best."


Maar allez...Door de aankondiging van de ‘muzikale omkadering van het geheel door Joop Visser 'aka' Jaap Fischer’ is die boekhandel dus wel tot de laatste plaats bezet geraakt. Met dicht opeen gepakte zetels en nog weinig happen zuurstof zitten wij op ene verhoog vanwaar we het publiek van twee kanten moeten bespelen. Het is een idiote opstelling, zo twee ruimtes, rechts en links van ons, op verschillende niveau's , net als bij bowlen, de split. Onze concentratie ligt dus bij het geluid. En dat is helemaal goed. We zingen uit de verschillende series, romantiek, poëzie, maatschappij, dieren en de meezingserie. En natuurlijk de  speciaal gecomponeerde ode aan deze dichter:

“Zonder ik, zonder onderwerp.
 Lier aan wilgen gehangen.
Ander instrument aangeschaft.

Met voorhamer van grote
gevoelens op xylofoon
van ziel. Ziel kapot, natuurlijk.

Met hark ziel in hoek
geveegd en opgestookt.
Meer ziel dan hij dacht.

En vervolgens op hark viool
gespeeld, met zaag als strijkstok.
Een liedje. "

Dit gedicht staat in de bundel: "Geef me nu eindelijk wat ik altijd al had."
Herman de Coninck, de mooiste gedichten.

Bijzonder om in deze sfeer te spelen. Het publiek is laaiend enthousiast. Ze zijn werkelijk lyrisch. Over hun 'idool'. Een vrouw komt met een gelukzalige lach vertellen dat ze weer 50 jaar jonger is geworden vandaag. “Honderd procent karaat goud, proficiat!’ En ze zingen ook mee met onze uitsmijter, ‘O Marianne met je mooie ogen’ en vanwege het hoge Jaap Fischer gehalte: ‘de Cipier, tierelierelier’.
Joop moet er wel om lachen. Hij is geen terugblikker en blijft een maker. Een schilder met liedjes dan. Hij noemt het koektrommeltjeskunst. De liedjes van Fischer kunnen bijgezet in een museum. Vroeger mocht het in bepaalde kringen niet gedraaid worden, nu kan het geen 'kwaad' meer en valt het onder nostalgie. Jan Rot heeft het wel eens raak getypeerd, in deze trant:

 Wie een mens eert om zijn verleden, negeert zijn heden en ontneemt hem zijn toekomst.

Piet Piryns heeft een gesprek met Thomas Eyskens en ik ben geraakt door het levensverhaal  van De Coninck en de woorden die zo kunnen treffen, spotten en verlichten tegelijkertijd. De afzondering, de Katholieke kerkse kliek en de pedofilie van zijn vader, de band met zijn moeder. En dan denk ik: wat een geluk dat je zo’n talent hebt. Dat je een begenadigd dichter bent. Dat je de taal als instrument hebt en met prachtige woorden uitdrukking kunt geven aan gevoelens die herkenbaar zijn en taboe, dichtbij komen en troosten, relativeren. Met zoveel humor en zo mooi.
Joop spreekt ook zijn bewondering uit voor hem, en dat is dan wederzijds.
En dat maakt mensen tot diepzinnig zielsverwant, zonder dat ze elkaar persoonlijk kennen. Maar herkennen in hun werk.
En zo vind je bijna niemand.























Geen opmerkingen:

Een reactie posten