Ik kom op zolder en zie die enorme berg was. Daar is toch geen
beginnen aan. Ze hebben luizen. Een hardnekkig terugkerend probleem. Elk jaar
is het wel een keertje feest. Dan kun je beginnen met de grote schoonmaak die
volledig door kan slaan in een paniekaanval als er weer een kind besmet is
terwijl je nét alle dekbedden, kussens, jassen, truien, mutsen, sjaals en
knuffels drie dagen in vuilniszakken hebt gedaan om ze daarna op 60 graden te
wassen. Vergeet daarbij de bank niet waar ze met hun haartjes tegen aan zitten
en de autostoeltjes. Meestal gaan we na de eerste neten meteen over tot de
tondeuse. Standje 1. Maar nu wil het vriendinnetje van Meike Jorrit wel knippen. Hartstikke lief. Ze
begint meteen met een uitschieter en dan moet de rest er ook af. Het worden vreemde happen en zelfs met de tondeuse is het niet mooi, gelijk, kort stekelig te krijgen.
Jorrit ziet eruit alsof hij aan de chemo zit, je durft het haast niet te zeggen, zo erg, met een bleek hoofdje, donkere wallen en een doorschijnend schedeldak met
rare plukken haar. Hij heeft ook allemaal kruinen. Wat ziet ie eruit.
Vreselijk! Ik moet ervan huilen. Saartje kan er ook niets aan doen want hij zit
geen seconde stil. Ik wil hem eigenlijk niet naar school brengen en ziek melden maar hij wil graag voetballen op het schoolplein. “Jorrit, je moet maar een petje ophouden hoor”, zeg ik als
ik hem naar de kleuterklas breng. Maar dat mag niet , zijn petje moet af in de klas en
hij wordt uitgelachen. Ik ga dood op dat plein. Dit kan ook echt niet. Ouders wijzen met hun hand voor de mond. Ze hebben het over die moeder
die dat kind zo over straat laat gaan. Het woord: ‘asociaal gezin’ valt op de
ouderavond, waar ik niet heen durf. ik maak er maar een liedje over, op zolder.
En toen was er dus die was
Die enorme grote berg
Dat zij in haar kamerjas
denkt, dat is toch veel te erg
en ze sluipt weer naar benee
en ze neemt een koppie thee
Waspoeder, waspoeder, waspoeder, wat een moeder
Strijken wil ze ook al niet
Want dat heeft totaal geen zin
Als je al die gaten ziet
In die Oillily kleding
En de truien op het plein
Of het niets kost , reuzefijn
Waspoeder, waspoeder, waspoeder, wat een moeder
En als grootste dieptepunt
Is het mis met alle sokken
Want die zijn weer uitgedund
En nu lopen ze te mokken
Ik heb geen sokken bij elkaar
En dat is ook best wel raar
Waspoeder, waspoeder, waspoeder, wat een moeder
En ze ziet die volle mand
Hoe kan het nu toch zo wezen
In mijn fijn sokkenbestand
Wonen singles en was wezen
Duo’s zijn een rariteit
En alles raakt hier altijd kwijt
En ze neemt nog een kop thee
Met een groot stuk chocola
En ze zingt 'holladiee!"
Morgen weer naar de Hema
Ik stop er lekker mee
Spoel alle sokken door de plee
Waspoeder, waspoeder, waspoeder, wat een luie moeder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten